Derk Thijs’ Parijs-Brest-Parijs 2007
Peux PBP nerveux?
Zenuwen voor pbp?, nee dat niet…. Wel een beetje druk in mijn hoofd..
Drukte overdag… naast PBP heb ik gelukkig nog roeifietsen af te leveren, dat is een hoop werk waar ik natuurlijk niet over moet klagen maar druk is het wel..
Drukte ’s nachts, dan droom ik gelukkig nog meer van roetsend vliegen dan van PBP, dus dat vliegroeituig passeert mijn gedachten regelmatig.
In de voorbereiding hierop heb ik afgelopen week voor het eerst net als onze lieve heer over het water gelopen, Jezus had waarschijnlijk een vroege uitvoering van de aquaskipper, ’t is echt fun, nu nog de lucht in en diezelfde beweging roetsend in het zwerk bedrijven, maar eerst even een lekker stukje roetsen als god in Frankrijk….
Mijn extra lichte roeifiets staat staat mij glimmend toe te lachen en wil er voor gaan, gisteren hebben we weer een rondje door storm en regen gereden en we kwamen beiden weer lachend thuis, wind en regen deert niet meer, wij beiden gaan ervoor.
In de aanloop hebben we allerlei probleempjes gehad, ergens wil ik het voor mij houden als er een roeifietsframe bijna breekt maar eigenlijk hoeft dat ook niet.
Ik probeer al dat nieuwe materiaal immers eerst zelf uit en test het spulletje voor ik het aan de klanten aanbiedt. De langdurige klanten, die inmiddels tot vrienden, roetscompanen en pbp lotgenoten zijn geworden, helpen mij vaak met het testen van nieuwigheidjes. Al die testkilometers kan ik niet alleen maken.
Ook dat gaat best eens mis, Richard heeft onlangs voor de tweede keer tijdens een vakantie panne met testonderdelen gekregen waardoor hij mij, toch minstens even, zo leuk en aardig niet meer vond. Gelukkig kon ik de schade door toezending van nieuwe onderdelen per ijlbode beperken en kon Richard verder zijn vakantie uitroetsen. Ik geloof dat zijn, overigens moeilijk te ontsteken woede, eind van de vakantie voldoende was geluwd.
Mijn glimlachende alu framepje staat ook alleen maar te lachen omdat hij al twee keer van verse, weer dikkere alu buizen is voorzien. Mijn lichamelijke ongemakken en protesten van het bijna een halve eeuw oude of jonge lijf ga ik niet aan het toetsenbord toevertrouwen, de fysiotherapeut is wel erg blij met mij, wat een continuïteit…
Dingen moeten geloof ik eerst mis gaan om goed te kunnen gaan. Je weet pas hoe sterk je je roets moet bouwen als je een paar keer te licht hebt gebouwd, je weet pas hoe hard je kunt rijden als je jezelf een keer te vroeg op hebt geblazen. Ik knijp hem als een ouwe dief voor panne, daar had ik in 2003 ook al zo’n last van toen ik Theo via internet volgde. Maar er is al een hele hoop mis gegaan en grondig opgelost. Nu komt het aan op pieken volgende week. We gaan met zijn zevenen gewoon dat doen waar we goed in zijn: roetsen!! Ik heb er fiducie in, volgens mij zijn mensen en machines in optima forma. De tandem heeft de beste bemanning die zij kan wensen, ik vertrouw erop dat dat genoegen wederzijds blijft. Bartel staat op scherp en gaat de diesel laten draaien. Ik en mijn roets gaan de kwellingen lachend tegemoet. Die natuurlijke reactie van het verlagen van het startgewicht als ik alleen al aan pbp denk heeft vast met dat peux nerveuse lachje te maken…
Ben erg benieuwd hoe we af gaan stappen, als het maar heelhuids bij voorkeur in Parijs is reken ik het goed…
Derk
Hoe PBP mij (en Bartel ) vergaan is…
Bartel heeft als een echte bikkel gestreden en geprobeerd het uit te rijden. Toen ik te Tinteniac de ware aard van mijn paarse jeanettenjekkie bevestigde door af te stappen sloeg Bartel nog eens even goed brandstof in om weer de regen en de kou in te roetsen. Hij heeft er toen nog eens 600 km bijgezet maar moest helaas met een gezwollen achillespees 180 km voor Parijs op de trein stappen, vet balen voor Bartel… en voor ons, de laatste roets uit de race potjandrie.
Mij ging het in het begin eigenlijk best goed, gezellig met Perry Stoel op zijn M5 carbon high racer opgereden. Na 15 km hebben we de groep gevolgd in een ommetje. Opeens komt een heel peloton fietsers ons tegemoet. De gps geeft aan dat we met hun mee af moeten buigen en een kort gesprek met een Amerikaan bevestigd mijn vermoeden dat we nu in de startgroep van een half uur na ons rijden. En ja hoor, even verderop zien we voor de 2e keer die afdaling met die met lichten zwaaiende mannetjes om voor heftige verkeersdrempels te waarschuwen. Kort hierna de scherpe bocht naar rechts die we dus de eerste keer gemist hebben…
Perry en ik hebben af en toe veel te hoge hartslag en Perry roept al dat ie er niet meer op wil kijken, “anders kom ik die bergen niet op”.
Nu let ik meer op de GPS, want ik wil niet nog meer omrijden en ik ga ook de hartslag eens beter in de gaten houden, ik weet dat er nog 1100 km’s komen… De mentale mist had hier nog nauwelijks toegeslagen, dus ik kon met de gps en de afgelegde afstand op mijn fietscomputer vrij snel tot de conclusie komen dat we 14 km om hadden gereden. Nu zie ik af en toe een stukje maan en een paar sterren en hoop dat de regen nu verleden tijd is want dat natte achterwerk staat mij nou al tegen.
We kunnen wel leuk bukkers in gaan halen, dit zijn niet bepaald snelle jongens waar we tussen zitten. Dat inhalen gaat alleen op het vlakke en in de afdalingen want bergop zijn de bukkers opeens weer racefietsers en die Perry kan er trouwens ook wat van. Ik moet bergop meer gas geven dan mij lief is om achter dat M5 staartpuntje te blijven hangen. Bergje af en op vlakkere stukken gaat het prima en kan ik gewoon mijn kopwerk doen zodat Perry ook wat aan mij heeft.
Zo gaat dat eigenlijk 200 km vrij redelijk. Kort voor Vilaines-la-Juhel krijg ik echt moeite met die klimmen en besef dat ik niet moet proberen Perry te volgen. Tot daar hebben we een gemiddelde van 27.0 op de teller staan en dat is mij gewoon te hoog. In Villaines gaan Perry en ik uit elkaar en kan ik lekker eigen tempo gaan rijden, nou dat ligt meteen een paar strepen lager maar ik heb ook het gevoel dat ik even bij moet komen om dat te snelle stuk te compenseren.
Ik voel van alles aan gewrichten en pezen en besef dat het lichaam protesteert tegen zulke langdurige en zware inspanning onder dergelijke koude en natte omstandigheden. Het wordt mij ingewreven dat de veerkracht in het bijna een halve eeuw oude lijf niet meer is zoals het ooit was….
Zo’n 90 natte kilometers rijden naar Fougères en het is weer stempelen geblazen. Er is ook een restaurant. Het is geloof ik rond 11.00 uur, maar de mentale mist blokkeert mijn tijdsbesef. Een kop soep lijkt mij wel wat. Naast die soep staat de macaroni. Oui, cela aussi! Tomatensaus en groenten erbij. Dat moet kunnen naast dat halve brood en een stuk of 6 krentenbollen die ik onderweg al naar binnen heb gewerkt.
Als ik mijn maaltijd, ad slechts 4 Euro 10, wat ondanks de lage prijs toch ruim overbetaald was, naar binnen heb stap ik in een vette regenbui weer op. Het fietsen gaat een tijdje redelijk maar die regen en die kou, waar komt dat allemaal vandaan? Het verbaasd mij dat ik nu continu in stromende regen rij en ik wissel regelmatig kledingstukken, ik doe het hele regenpak aan maar bergop is dat veel te warm, dan maar alleen het regen jekkie en het onderlijf gewoon nat laten, dat is weer behoorlijk afzien in de afdalingen, koude voeten en ellende en narigheid. Ik schuif nog eens een mars een een mueslireep naar binnen, wat heb ik allemaal al niet gegeten en toch lijkt de accu leeg. De krentenbollen op mijn dijbenen onder mijn broek zijn week en uit elkaar gevallen door de nattigheid. Als ik stop hou ik de broekspijp open om de kruimels en de krenten van mijn zitvlak een weg naar beneden te laten vinden. Overal om mij heen een vieze donkere sluier aan het zwerk zonder enig lichtpuntje…Dit is een van de weinige omstandigheden waaronder ik roetsen niet leuk vind…. wat doe ik hier….
De volgende stop is Tinteniac. Hier blijkt dat Parijs-Brest-Parijs nog meer gemeen heeft met de Elfstedentocht, behalve de fanfares en het vele publiek laten ze je hier ook klunen. De stempelpost is zo’n 200 meter van de fietsrekken verwijderd, je moet er naar toe lopen. Dat is of over asfalt waar je schoenplaatjes zo lekker van slijten of door het gras wat blijkt blubber te zijn zodra je er over loopt. Als ik buitenkom schuil ik even onder een partytent waar van party overigens geen sprake is, blauwbekkende afgepeigerde gezichten, dat is wat je onder al die natte fietshelmpjes ziet. Op even een leuk gesprek over lekker fietsen zit niemand meer te wachten het is gewoon afzien, je staat alleen in de regen…Ik krijg al stoute gedachten over waar Alexander nou zou zijn met de ambulance. Waarschijnlijk een stempelpost verder in Loudeac. Ik begin te klappertanden en kluun maar weer terug naar mijn roets en stap op in een bui die tropisch lijkt. Alleen dan met polaire temperaturen.
Een kilometer verder staat Alexander bij de auto en ik stop. Ik wissel van gedachten met Alex, hoor dat het echt maar 12 graden is en hij zegt dat ie er (ook) mee zou kappen bij dergelijk weer. Ik besluit opgelucht maar twijfelend om de roeifiets in de auto te schuiven en het voor gezien te houden. De 1200 kilometers uitrijden wordt een slooppartij waar ik geen zin in heb. Het twijfelen blijft nog steeds hangen en best een beetje kwellen, ik was nog niet gesloopt en stapte toch af… Bij dergelijke ondernemingen moet je verstand op nul en blik op oneindig zetten en gewoon doorgaan, dat weet ik toch inmiddels wel…
Nou ja, de beslissing is gemaakt , goed of niet, Ik moet tot de conclusie komen dat ik die superlange afstanden niet echt leuk vindt dus ik ga daar denk ik mee kappen.
Ik hoop op succes van Bartel en van de tandem, die dan uitstekend op zeer snel schema ligt. Helaas hoor ik de volgende ochtend dat ze zijn afgestapt door gebroken stuur en een ziek geworden Theo of juist andersom. Dat verbaast mij ergens niet, Theo en Richard zijn niet bovenmenselijk en hebben ook met dezelfde barre omstandigheden te maken. Richard had nog kunnen bellen om met een reserveroeifiets door te rijden, die hadden we meegenomen voor eventuele pechgevallen… Richard heeft er wel over gedacht maar twijfelt naderhand net als ik over zijn beslissing. Bartel houdt het nog twee dagen op eigen tempo vol maar moet 180 km voor Parijs toch stoppen door een achillespees belessure en allerlei visioenen door uitputting.
Mijn lichaam wil niet presteren onder dergelijke omstandigheden, was mijn beslissing dan toch goed… of niet… We zullen het nooit weten…
Derk